Uw banden wisselen in de winter en zomer: waarom en wanneer?
Wist u dat het risico op ongevallen tijdens de winter 6 keer groter is dan in de zomer? Op een gladde winterse weg is uw remafstand met zomerbanden dubbel zo lang zijn als met winterbanden. En omgekeerd, zodra het weer verbetert, hebben zomerbanden een veel kortere remafstand dan winterbanden.
Kortom, uw auto uitrusten met banden die aangepast zijn aan het seizoen is essentieel voor uw veiligheid en die van de andere weggebruikers.
Wat zijn de verschillen tussen winter- en zomerbanden?
Winter- en zomerbanden verschillen op drie punten:
Het type rubber: dit is de beschermende laag die de lucht binnenin de band afdicht.
De lamellen: er bevinden zich duizenden kleine groefjes op het oppervlak van een winterband.
Het motief van de profielen: dit zijn de tekeningen en de diepte ervan.
Het rubber van winterbanden is gemaakt van caoutchouc, dat bij koud weer zachter wordt, waardoor een betere grip op de weg ontstaat. Dit type banden heeft ook een groot aantal groeven, waardoor het gemakkelijker is om de sneeuw op het asfalt weg te krijgen. De profielen hebben een grote diepte, zodat de sneeuw zich erin kan ophopen. Dat klinkt misschien onlogisch, maar de sneeuw in de band zorgt wel degelijk voor meer grip op besneeuwde wegen.
Zomerbanden bestaan dan weer uit hard materiaal dat bij warm weer zacht wordt. Ideaal om op een droge weg te rijden. Ze hebben ook groeven, maar minder dan winterbanden. Daar staat tegenover dat ze uitgerust zijn met strips. Die moeten het risico op aquaplaning verminderen en de grip op de rijbaan verhogen. De profieldiepte is kleiner, waardoor de rijstabiliteit toeneemt en de remafstand korter wordt.
Waarom winterbanden plaatsen?
De banden zijn gemaakt van caoutchouc, een relatief zacht polymeer. Hierdoor past het rubber zich aan de oneffenheden van het wegdek aan, waardoor het contactoppervlak en dus ook de grip toenemen. Als uw banden van hard kunststof zouden zijn gemaakt, zou de grip erg slecht zijn: het rubber zou zich dan niet kunnen aanpassen aan de oneffenheden en het contactoppervlak is veel kleiner. Rijden met harde kunststof banden zou daarom gevaarlijk zijn: remmen zou onmogelijk worden en de auto zou meteen uit de bocht vliegen.
Als het koud is, is dat precies wat er gebeurt met rubber. Dat heeft, net als veel andere materialen, een temperatuur die men de ‘glasovergang' noemt:
Boven die temperatuur is het materiaal zacht, zoals te verwachten is van rubber.
Daaronder verglaast het materiaal: de moleculaire structuur wordt minder regelmatig, hard en bros.
Dat kan u trouwens zelf vaststellen door een elastiekje in de diepvriezer te leggen: het rubber zal zijn elasticiteit verliezen omdat de moleculaire structuur drastisch verandert: van een zachte vaste fase naar een harde vaste fase.
In het geval van banden bestaat de oplossing uit winterbanden met een speciale samenstelling die de glasovergangstemperatuur verlaagt. Daardoor blijft de band ook bij zeer lage temperaturen soepel en slipvast.
De voordelen van winterbanden:
Betere efficiëntie onder 7 °C
Betere controle
Grotere veiligheid in bochten
Optimaal remmen
Beperkt risico op aquaplaning
Betere grip op de weg
Wanneer moet u uw winterbanden plaatsen?
Wanneer de temperatuur regelmatig onder de 7 graden zakt, harden zomerbanden uit en hechten ze minder aan de grond, wat het risico op aquaplaning vergroot en uw remweg langer maakt. We raden dus aan om van banden te wisselen zodra de temperatuur onder die grens zakt. Wacht niet met het plaatsen van winterbanden tot u vast komt te zitten in de sneeuw of slipt op het ijs. Een goed moment om winterbanden te monteren, is de omschakeling naar het winteruur!
Opgelet:
Vergeet niet tijdig uw winterbanden te bestellen. Niet zelden veroorzaken de eerste sneeuwvlokken een stormloop naar de verkooppunten en dus een voorraadtekort.
Om zeker te weten dat een band een ‘winterband’ is, moet u controleren of het logo ‘3PMSF’ zichtbaar is. 3PMSF staat voor ‘Three-Peak Mountain Snowflake’: het logo stelt een berg voor met een sneeuwvlok erin. Dat is het enige officiële logo voor dit type band, dat garant staat voor optimale prestaties bij koud weer en een geschikt profiel voor een nat wegdek.
In sommige buurlanden (Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland en Frankrijk in bergachtige gebieden) zijn automobilisten wettelijk verplicht om winterbanden (3PMSF) op hun voertuig te plaatsen om in de winter op hun grondgebied te mogen rijden.
Verwar winterbanden niet met sneeuwbanden. Sneeuwbanden, zoals die in de Scandinavische landen worden gebruikt, zijn speciaal ontwikkeld voor het rijden op wegen met sneeuw bij zeer lage temperaturen.
Mag ik mijn winterbanden in de zomer ‘oprijden’?
Als uw winterbanden te versleten zijn om er een nieuw winterseizoen mee te starten, kunt u geneigd zijn ze in de zomer te blijven gebruiken. De wet verbiedt dit niet, op voorwaarde dat hun profieldiepte boven het wettelijke minimum van 1,6 mm blijft. Blijf echter waakzaam, want in de zomer slijten uw winterbanden veel sneller dan in de winter, aangezien de warme coating de erosie van het rubber versnelt. Houd er ook rekening mee dat winterbanden bij warm weer minder goed presteren dan zomerbanden, vooral op een nat wegdek als ze het einde van hun levensduur hebben bereikt. Pas dan zeker uw snelheid aan!
Wanneer overschakelen op zomerbanden?
Zodra de temperaturen regelmatig boven 7° stijgen, is het tijd om uw zomerbanden terug te plaatsen. Ook hiervoor is de overgang naar de zomertijd een goed geheugensteuntje! Bij stijgende temperaturen hebben zomerbanden een kortere remafstand dan winterbanden. Bovendien zijn ze milieuvriendelijker door een lagere rolweerstand en een lagere CO2-uitstoot. Ten slotte besparen ze u tot 5% brandstof in vergelijking met winterbanden.
Welke voorzorgen moet u nemen bij het plaatsen van uw zomerbanden?
Voordat u uw zomerbanden monteert, moet u de staat ervan controleren om onaangename verrassingen te vermijden:
Zijn ze goed opgepompt?
Nadat uw zomerbanden enkele maanden hebben stilgelegen, zijn ze misschien wat druk kwijtgeraakt. Zet ze opnieuw op de juiste druk en denk er vervolgens aan om de bandendruk maandelijks te controleren.
Hoe versleten zijn ze?
Controleer of de dikte van het rubber de slijtage-indicator (TWI-index) op de bodem van de groeven niet bereikt. Als dat het geval is, moet u de banden verwisselen om aan de regels te voldoen.
Een andere wettelijke vereiste is dat de slijtageafwijking tussen de twee banden van een as niet meer dan 5 mm mag bedragen.
Zijn ze beschadigd?
Loop geen risico op een lekke band of klapband: controleer uw zomerbanden voor u ze monteert op vervormingen, deuken, breuken, spleten of barsten.
Controleer ook of ze onregelmatig zijn versleten (slijtage van de facetten, asymmetrische slijtage, slijtage in het midden of aan de schouders van het loopvlak). Als dat het geval is, vervang ze dan niet alleen, maar onderzoek ook de oorzaak van de abnormale slijtage (probleem met parallelliteit, balanceren of gewoon oppompen).
Wanneer zijn mijn banden versleten?
De levensduur van de banden hangt af van een aantal factoren, maar gemiddeld kunnen zomerbanden tussen de 45.000 en 60.000 km rijden. We raden aan om regelmatig de profieldiepte te controleren op basis van de slijtage-indicator. Als de profieldiepte 2 mm of minder is, moeten de banden zo snel mogelijk worden vervangen.
Ga goed verzekerd de weg op om stress te vermijden
Als u in de winter naar het buitenland reist, kijk dan eerst goed na of het land waar u naartoe reist of waar u door moet rijden een winterbandenplicht kent. Rijdt u niet met winterbanden (of sneeuwkettingen) terwijl dat verplicht is, dan riskeert u niet alleen een boete, het kan ook gevolgen hebben voor uw aansprakelijkheid en de schadevergoeding in geval van een ongeval.
En zelfs als u voor de juiste banden hebt gekozen, kunt u helaas nog altijd een lekke band krijgen. Gelukkig biedt de bijstandsverzekering auto van P&V u 24/7 bijstand bij pech. Ontdek hier al onze formules en rijd met een gerust gemoed!
We hopen dat deze tips goed van pas komen en u in elk seizoen vol vertrouwen op weg helpen!
Dit document is een reclamedocument met daarin algemene informatie over de verzekering P&V Auto ontwikkeld door P&V, een merk van P&V Verzekeringen, en waarop het Belgische recht van toepassing is. Op deze verzekering zijn uitsluitingen, beperkingen en voorwaarden in verband met de verzekerde risico’s van toepassing. We verzoeken u dus om de algemene voorwaarden en de IPID–fiches aandachtig te lezen vóór de onderschrijving. Ze zijn beschikbaar op de website www.pv.be of op eenvoudig verzoek bij een P&V-adviseur. De verzekeringsovereenkomst wordt aangegaan voor één jaar met stilzwijgende verlenging.
Bij eventuele klachten kunt u contact opnemen met een P&V–adviseur, uw bevoorrechte gesprekspartner voor al uw vragen. Hij/Zij zal alles doen om u zo goed mogelijk te helpen. U kunt ook rechtstreeks contact opnemen met de dienst Klachtenmanagement van P&V die uw klacht of opmerking zorgvuldig zal onderzoeken. Deze dienst zal de verschillende partijen trachten te verzoenen en naar een oplossing zoeken. U kunt contact opnemen per post (Klachtenmanagement, Koningsstraat 151, 1210 Brussel), via e–mail (klacht@pv.be) of telefonisch (02/250.90.60). Als u niet akkoord gaat met de voorgestelde oplossing, dan kunt u zich wenden tot de Ombudsdienst van de Verzekeringen (de Meeûssquare 35 te 1000 Brussel), telefonisch 02/547.58.71 of via e–mail (info@ombudsman-insurance.be) (https://www.ombudsman-insurance.be).
Als klant bent u beschermd door de gedragsregels inzake verzekeringen.
Voor persoonlijk advies of een verzekeringsofferte neemt u best contact op met een van onze adviseurs. U kunt ook de volledige juridische informatie raadplegen.
Comments